Bij schermen heb je drie wapens. Floret, Degen en Sabel. Meestal begin je bij Floret, daarna kun je kiezen Degen of Sabel. Hier nog wat informatie: Floret De floret is het lichtste en eerste sportwapen.. Er zijn twee soorten klassieke floretten. De Franse en de Italiaanse. De Italiaanse floret dat in de 18e en 19e eeuw in de academies werd gehanteerd had een rechte greep en een stootplaat (nu beter bekend als een kom) bestaande uit twee ringen. Het wordt ook wel een brilfloret genoemdt (rechter foto). De Franse floret behield het kenmerkende uiterlijk van de rapier maar was veel lichter in gewicht en voorzien van een dopje. Bij het hanteren was het gebruikelijk dat deze werd vastgebonden aan de pols. De huidige floret stamt direct af van deze klassieke voorgangers.De grepen van een floret kunnen in twee categorieën ingedeeld worden. De klassieke of rechte greep en orthopedische of pistoolgrepen. De orthopedische grepen zijn doorgaans van aluminium en zijn er in vele soorten en maten. Het gewicht van de floret moet minder dan 500 gram zijn. De veerkrachtige stalen kling van de floret heeft een rechthoekige doorsnede. Er zijn verschillende klinglengtes mogelijk. Een floret voor schermers tot en met 11 jaar heeft een kling lengte van 77 cm vanaf de kom en schermers vanaf 12 jaar gebruiken een kling van 90 cm lang. De kom die de hand extra beschermt, kan tussen de 9,5 en de 12 cm doorsnede hebben. De kom is meestal van aluminium gemaakt. Spelregels bij floret Met de floret scoor je alleen punten als je steek op het geldig trefvlak (alles behalve: je benen tot je lies. armen en masker, al het andere is treflak, dus ook de rug). Degene die de aanval het eerst inzet krijgt het recht van de aanval en kan een treffer maken. Als de verdediger de aanval heeft afgeweerd dan heeft deze het recht van de aanval overgenomen en kan dan een treffer maken. Wanneer beide schermers tegelijk aanvallen en een treffer maken spreken we over simultane, geen van beide krijgt dan een treffer toegewezen. Het komt bij floret vooral aan op precisie, het timen van je aanval, verder moet je ook tactisch nadenken over wat je gaat doen. Sabel: De oorsprong van de sabel ligt in het Turks kromzwaard dat een uitstekend slagwapen is. Dit in tegenstelling tot het floret en de degen die beiden uit het Europese ridderzwaard zijn ontstaan. De vorm van de kling is lang krom gebleven. De Kozakken en Huzaren maakten er gebruik van tot in de twintigste eeuw. Het schermen van duels werd door soldaten van lagere stand vaak met sabels gedaan. In de 18e en de 19e eeuw, met de opkomst van de schermsport, is er een lichtgewicht sabel geïntroduceerd die erg lijkt op het huidige model sportsabel. Het had een rechte kling net als de floret en degen. Een sabel weegt iets minder dan 500 gram en is ongeveer even zwaar als een floret. Vanaf de greep is de lengte ongeveer 105 cm (de kling is 88 cm lang en de kom is ongeveer 15 cm breed). De kling heeft een stijf en een buigzaam gedeelte. Het stijve gedeelte, ook wel "sterk" genoemd, en het midden van de kling zijn nog steeds voorzien van een snede en een "bloedgoot". De punt van de sabel bestaat uit een in een oog gebogen uiteinde. Het uiteinde van de kling is buigzame dit gedeelte wordt ook wel het "zwak" genoemd van de kling. Bij de overige twee wapens is er ook sprake van een ''sterk'' en een ''zwak''. Spelregels bij sabel. Bij sabelschermen geld de regel van het aanvalsrecht net als bij floretschermen. Er kan op twee manieren worden gekeken naar wie ''het recht van aanval'' heeft. Een eenvoudige manier is degene die als eerste een aanval begint. De tweede manier is door te kijken naar wie als eerste vanuit de stelling (beginpositie) een voorwaartste beweging maakt. Doordat dit snel kan gaan wordt er vaak simultane aangegeven door de scheidsrechter, waardoor er vaak ook discussie ontstaat. Met de sabel kan zowel geslagen (houwen) als gestoken worden. Het trefvlak bij sabel is van kop tot heup inclusief de armen. De handen en benen zijn ongeldig trefvlak. Door het grote trefvlak en het gemak van treffen bij sabelschermen is verdedigen door middel van weren erg moeilijk. De meeste ''sabreurs'' verdedigen vaak door achterwaarts te springen en daarna meteen aan te vallen. Het sabelschermen is van de drie wapens de snelste met de acties en is vaak een spectakel om naar te kijken. Degen: De degen is het meest populairste wapen op toernooien. Het wordt soms ook laagdunkend over gesproken vanwege de regels, hierover later meer. Het wapen dat het minst is veranderd sinds het verdwijnen van het duel is de degen. De sportdegen is een vrij nauwgezette kopie van het type dat werd gebruikt om te duelleren in de 19e eeuw. Kenmerkend voor de degen is de V-vormige doorsnede van de kling waardoor deze breed en toch licht is. De lengte van de kling is maximaal 90 cm. De totale lengte van het wapen is ongeveer 110 cm. De degen weegt gemiddeld 750 gram. De kom heeft een doorsnede van 13,5 cm. Degens worden zowel met Franse grepen als met pistool (orthopedische) grepen gehanteerd. Net zoals bij floret wordt de pistool greep het meeste gebruikt. Er zijn relatief weinig schermers die gebruik maken van de Franse greep (linker plaatje boven) die in principe wel een voordeel oplevert. Schermers kunnen de greep door de fingers laten glijden waardoor de reikwijdte van de arm toeneemt. Spelregels bij degen. De degen of epée is een steekwapen. Het degenschermen wordt bijna aleen met een elektrische uitrusting beoefent omdat je in tegenstelling tot de andere wapens niet zoveel extra materiaal nodig hebt omdat het hele lichaam trefvlak is. Er is bij degen geen sprake van ''het recht van aanval''. Wanneer twee schermers elkaar binnen één-twintigste van een seconde tegerlijkertijd raken met de degens dan gaan er twee lampjes af wat betekent dat beide schermers een punt krijgen dit wordt ook wel ''coup double'' genoemt. Omdat er geen regel is van recht van aanval, hoeft een schermer de aanval van zijn tegenstander niet te af te weren (pareren), de beste verdediging is dan vaak ook de aanval. In vergelijking tot degen zijn de floret en sabel qua spel meer aanvalsspelen, waarbij de aanvaller gedekt wordt door het recht van aanval. Bij degenschermen moet de aanvaller voorzichtiger zijn en dat resulteert in een spelbeeld waarbij beide schermers veel aftasten. Wedstrijden duren vaak de volle speeltijd waarbinnen regelmatig de maximale score niet wordt gehaald. Voorronde wedstrijden duren drie minuten of wie het eerste vijf punten scoort. In de eliminatieronden duren wedstrijden (partijen) 3 rondes van drie minuten of wie het eerst vijftien punten scoort. Tussen de rondes is er een pauze van 1 minuut. Wanneer er aan het eind van de wedstrijd er een gelijke stand is wordt er 1 minuut sudden death gespeeld om een ''golden goal'' (1 punt), degene die een punt scoort wint dan de wedstrijd. Wanneer de tijd is verstreken wint degene die de tos aan het begin heeft gewonnen.